De analist van de toekomst; trends in het ontwikkelen van laboratoriumpersoneel (deel 2/2)
Hoe houd je medewerkers gemotiveerd en up-to-date, bij de grote uitdagingen die laboratoria tegenwoordig ondervinden? In het tweede en laatste deel van dit blog geven we dit keer vanuit onze visie een antwoord op die vraag.
In het eerste deel hebben we gezien dat het werk van analisten de komende twee decennia zal verschuiven van – meer traditioneel – monster(voor)behandeling, analyse en handmatige gegevensverwerking naar controle en beheer van het analytische proces, installatie van apparatuur, validatie van instrumenten en methodes en automatisering. Bovendien krijgt de laboratoriumprofessional een meer adviserende rol bij het rapporteren en evalueren van resultaten.
Trends in het onderwijs
Veel huidige analisten zullen het gevoel krijgen dat er nogal wat op hen afkomt. Hoe houd je hen in deze dynamische omgeving gemotiveerd en up-to-date? Gelukkig staan ook in de onderwijswereld de ontwikkelingen niet stil. Sinds eind jaren negentig zijn hogescholen en universiteiten bezig om hun opleidingen flexibeler in te richten. Analisten en onderzoekers die nu van de opleidingen komen zijn meer in de breedte opgeleid. Hoewel dit soms als een nadeel wordt gezien, is deze groep doorgaans wel beter getraind in het zelfstandig verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden. Voor deze nieuwe generatie zal het eenvoudiger zijn mee te gaan met de veranderingen die op hun pad komen. Daarnaast zijn er veel oudere werknemers die het zich niet kunnen permitteren stil te blijven staan. Het simpele feit dat de pensioenleeftijd toeneemt, eist van de maatschappij en bedrijven dat hun “employability” op peil blijft. Dat is slechts één van de uitdagingen voor opleidingsinstituten zoals Avans⁺. Tegelijkertijd zorgt toename in de werkdruk op laboratoria ervoor dat er minder tijd beschikbaar is voor het volgen van trainingen. Dit resulteert erin dat trainingen specifieker, individueler en flexibeler aangeboden moeten worden. Een andere uitdaging is dat mensen zich minder vaak inschrijven op vaste programma’s, maar juist meer behoefte hebben aan het zelf samenstellen van programma’s.
Nieuwe inzichten laten zien dat mensen zich weliswaar ontwikkelen door externe trainingen te volgen, maar nieuwe dingen nog het meest leren door simpelweg het eigen werk in de praktijk uit te voeren en met collega’s te praten. Een goede opleider houdt daar rekening mee en speelt daarop in.
De rol van de trainer en de “trainee”
Waar het gaat over het opleiden van mensen, veranderen de rollen. Cursisten zijn mondiger, nemen de leiding en zijn intrinsiek gemotiveerd. Voor hun leerproces brengen ze eigen cases in. Het oplossen van de eigen praktijkproblemen is dan tevens het assessment of de toetsing.
Ook van trainers wordt verwacht dat ze meebewegen. De klassieke docent die enkel verhalen presenteert, begint nu wel uit te sterven. Een moderne trainer onderscheidt zich door meer als coach op te treden. Hij faciliteert het leerproces van studenten, gericht op integratie van het geleerde in de praktijk. Werkwoorden die deze nieuwe manier van trainen kenmerken zijn: motiveren, uitdagen, selecteren, corrigeren en reflecteren.
Het ontwerpen van trainingsprogramma’s
Bij Avans⁺ hanteren we onderstaand schema voor het ontwerpen van opleidingen en trainingsprogramma’s. Het uitgangspunt is om te kijken naar wat een professional nodig heeft om een kritische beroepssituatie het hoofd te kunnen bieden. In welke context moet hij dat doen? En welke faciliteiten heeft hij tot zijn beschikking? Alleen als je dat goed helder hebt, kun je tot een effectieve training komen. Let ook op de dubbele pijlen. Bij het ontwerpen gaan we zowel linksom als rechtsom. Een praktijkcase is vaak de eindtoets van een opleidingstraject, maar kan ook heel goed dienen om tot goede eindkwalificaties te komen.
Moderne tools mogen daarbij niet ontbreken. Avans⁺ zet Connect+ (Curatr) of Plaza in als online learning platform en voor social learning programma’s. En toetsing geschiedt meer en meer via Testvision.
Afbeelding 1: Schema voor het ontwerpen van opleidingen en trainingsprogramma’s binnen Avans⁺
Voorbeelden uit de praktijk
Een voorbeeld van een moderne aanpak is onze opleiding Chemisch Analist. Dit is een traject om mlo-analisten of hbo-ers uit een andere (technische) discipline voor bepaalde onderdelen op bachelorniveau Chemie te brengen. Dat vindt plaats zowel op technisch inhoudelijk vlak als voor generieke vaardigheden. Uiteindelijk moeten deelnemers aan deze opleiding een eigen methode ontwikkelen of opzetten en valideren. Vooraf wordt vastgesteld wat deelnemers nodig hebben om dat soort projecten binnen hun werk tot een goed einde te brengen. Hun trainingsprogramma wordt daarop afgestemd. Typische onderdelen betreffen bijvoorbeeld HPLC-cursussen en methodevalidatie. Hierbij wordt zowel aandacht besteed aan het opstellen van validatieplannen als aan de (statistische) uitvoering ervan.
In een dergelijk traject heeft een deelnemer succesvol een HPLC-methode voor een additief in shampoo opgezet en een ander een vitaminebepaling met LC-MS.
Afbeelding 2: LC-MS scheiding van meerdere Vitamine B’s
Een tweede voorbeeld is de opleiding Chemisch Rekenen, die binnenkort door Avans⁺ zal worden aangeboden. Deze opleiding kan vrijwel geheel online worden gevolgd, maar kent nog steeds contactmomenten én goede begeleiding door een docent. Want wij geloven dat leren ook een sociale activiteit is.
Zo bereidt ook Avans⁺ zich op de toekomst voor. Dat kunnen we echter niet alleen. Het staat of valt met de wensen van onze klanten. U bent als lezer van harte uitgenodigd om te reageren op dit blogartikel. Per slot van rekening moeten we het samen doen.
CV
John Hageman houdt zich al 25 jaar bezig met het opleiden van laboratoriumpersoneel. Na zijn docentschap bij de Avans Hogeschool is hij alweer ruim 10 jaar opleidingsmanager bij Avans+. Daar ontwikkelt hij cursussen en opleidingen, zowel theoretische als praktisch en zowel in open als in maatwerktrajecten. Een aantal daarvan verzorgt hij ook als docent.