Steeds meer mensen willen werk maken van duurzame energie. Ook de Nederlandse regering zet stappen op dit vlak, mede omdat zij hiertoe verplicht is vanuit diverse verdragen en door gerechtelijke uitspraken. Met de energietransitie willen zij ervoor zorgen dat ons hele land in 2050 is voorzien van duurzame energie. Maar energietransitie is een breed begrip. Wat moet je er zeker over weten? We vroegen het Gino Lambert. Hij is als docent hogere installatietechniek (HIT) verbonden aan Avans+. Daarnaast is hij adviseur energie en duurzaamheid bij Valstar Simonis, adviseurs in installatietechniek.
Wat betekent energietransitie?
Energietransitie houdt in dat we van fossiele energie afstappen en energie uit hernieuwbare bronnen gaan gebruiken. Er wordt veel gebruik gemaakt van brandstoffen als kolen, aardgas en olie. Hernieuwbare energiebronnen zijn bronnen waar we onuitputtelijk energie uit kunnen halen, zoals wind en zon.
Waarom is de energietransitie nodig?
‘De energietransitie is bittere noodzaak. Fossiele brandstoffen, zoals aardgas, steenkool en bruinkool, raken op en de winning ervan leidt tot grote (milieu)schade. Bovendien heeft de CO2-uitstoot die deze brandstoffen veroorzaken een behoorlijk nadelig effect op ons mondiale klimaat. Klimaatverandering is voor het overgrote deel toe te schrijven aan het gebruik van fossiele brandstoffen. Als we de verwoestijning, een verhoogde zeespiegel en weersextremen willen tegengaan, moeten we meer dan ooit actie ondernemen. Zeker ook omdat klimaatverandering de mensheid ontwricht: mensen vluchten voor droogte en overstromingen, met humanitaire crises en oorlogen als gevolg.’
Langetermijnvisie nodig voor energietransitie
‘Als we een eenvoudige structurele oplossing konden bedenken, dan hadden we dat al wel gedaan. Het lastige is dat we een langetermijnvisie nodig hebben en daar zijn we als mensen niet heel erg goed in. Kijk maar naar onze politieke systemen: regeringen kijken zelden verder dan hun eigen zittingstermijn. Kijk bovendien naar de Verenigde Staten: wat de ene president opbouwt, breekt de volgende zorgvuldig weer af. We vinden het lastig om over ons graf heen te regeren én we zien de ernst nog lang niet altijd. Waarom is het erg als we in Nederland een Provence-klimaat krijgen en het niet meer zo koud is in de winter?’
De beste afspraak voor energietransitie is een mondiale afspraak
‘Om de CO2-uitstoot significant te verminderen en het gebruik van fossiele brandstoffen te stoppen, moeten we wereldwijd afspraken maken. Dat vraagt om een grote mentaliteitsverandering én het commitment van alle landen – dus ook van grootverbruikers als India, China en de Verenigde Staten. Ons model van economische groei is niet langer houdbaar. Het moet in de toekomst zeker anders, willen we de planeet nog leefbaar houden.’
Voorbeelden van energietransitie in Nederland
Een grote stap: elektriciteit in plaats van gas
‘Er is een ontwikkeling die ons een enorme duw in de goede richting zou geven: iedereen van het gas af. Voor Nederland heeft dat als voordeel dat we de slinkende gasbel in Groningen met rust kunnen laten én dat we minder afhankelijk zijn van gasleverancier Rusland. Een alternatief voor gas is elektriciteit, al heeft ook die energiebron uitdagingen en beperkingen.’
Volledig elektrisch zal het niet worden
‘Onze maatschappij wordt meer en meer elektrisch. We verwarmen onze huizen met warmtepompen en gebruiken elektrische auto’s en andere elektrische vervoermiddelen. Toch zal Nederland waarschijnlijk niet volledig elektrisch worden. Daarvoor moet namelijk heel veel elektriciteit duurzaam opgewekt worden. Daarnaast moeten onze elektriciteitsnetten sterk verzwaard worden. Vraag en aanbod zijn vaak niet goed in evenwicht. Dat vraagt de komende jaren om onderzoek naar en de ontwikkeling van energieopslag. Daarbij kan energie worden opgeslagen in batterijen, maar ook in de vorm van waterstof.’
Waterstof?
‘Het gebruik van waterstof is een zeer kansrijk transitiepad naast elektrificatie. De uitdaging hierbij is dat waterstof geen brandstof is, maar een energiedrager. Dat wil zeggen dat waterstof gemaakt moet worden, wat energie kost. Het transport van waterstof vraagt ook nog om aandacht. Intussen is gebleken dat ons gasnet hiervoor geschikt is, dus dat biedt mogelijkheden.’
Hybride warmteopwekking
‘De komende 10 tot 15 jaar zijn we vermoedelijk nog niet volledig van het aardgas af. Voor veel woningen lijkt hybride warmteopwekking een zeer kansrijke optie. Dat wil zeggen dat een groot deel van de warmtevraag door een warmtepomp wordt geleverd en dat een cv-ketel op zeer koude winterdagen het aanvullende vermogen levert. Dat is een grote sprong in onze gasvermindering en CO2-uitstoot.’
De toekomst is zonnig (letterlijk)
‘Verder zie ik veel mogelijkheden voor de toepassing van zonne-energie in combinatie met energieopslag. In Nederland is nog genoeg dakoppervlak beschikbaar. Daarvoor moet wel het elektriciteitsnet verzwaard worden. En ja, dat leidt ook tot meer transformatorhuisjes, maar misschien kunnen creatieve ontwerpers daar een leuke oplossing voor bedenken?’
Goede verbinders
‘Om de gebouwde omgeving aanzienlijk minder energie te laten verbruiken, is een grootschalige aanpak nodig en moeten alle betrokkenen actie ondernemen; van nationale overheid tot huizenbezitters. Een goede communicatie tussen alle betrokkenen is daarbij cruciaal. Dat vraagt om goede verbinders, die de taal van alle partijen spreken.’
2050: energieneutraal, maar liever sneller CO2 reduceren
‘In 2050 zijn we in staat om volledig energieneutraal te bouwen. Sterker nog, ook de bestaande bouw is dan volledig energieneutraal. Maar eigenlijk is het nog belangrijker dat we zo snel mogelijk onze CO2-uitstoot verlagen. Verder zie ik mooie ontwikkelingen, zoals het gebruik van ijzerpoeder als circulaire brandstof en warmtepompen op ‘geluid’ (thermo-akoestisch). Wat dat betreft zitten we midden in een mooi vakgebied, waarin we mee kunnen helpen aan de transitie.’
Wil je graag meer informatie over de opleidingsmogelijkheden binnen installatietechniek, bijvoorbeeld over de HIT-E en HIT-W? Bekijk dan de opleidingspagina of neem contact op met de opleidingsmanager Leo Labega per mail of via 06-52789797.